Jaarlijks krijgen ongeveer duizend mensen in Nederland de diagnose mondholtecarcinoom (1). De aanwezigheid van lymfekliermetastasen in de hals is bepalend voor zowel de behandeling als de prognose. Daarom wordt uitgebreide diagnostiek verricht om lymfekliermetastasen op te sporen, waaronder lichamelijk onderzoek, echogeleide punctie, CT, MRI en/of [18F]FDG-PET/CT. De sensitiviteit van deze technieken is echter beperkt, wat blijkt uit het feit dat 20-30% van de patiënten ondanks een negatieve uitslag toch occulte (verborgen) lymfekliermetastasen heeft (klinisch negatieve hals, cN0).