Menu Filters

Uitgaven

Het Tijdschrift voor Nucleaire Geneeskunde (TvNG) is een Nederlandstalig kwartaalblad dat wordt verspreid onder de leden van de aangesloten beroepsverenigingen in Nederland en België en onder belangstellenden die zich als abonnee hebben aangemeld. Doelstelling van het tijdschrift is het bevorderen van discussie en uitwisselen van kennis tussen beroepsbeoefenaren in de nucleaire geneeskunde.
«1|2|...|16

September 2023

Saamhorigheid Deze editie van het TvNG verschijnt op het moment dat het EANM-congres net gehouden is. Anders dan in andere jaren werd dit Europees congres in 2023 vervroegd naar de maand september met als gevolg een  wat abrupte omschakeling van zomervakantie naar congressfeer gepaard gaande voor sommigen met een verkorte voorbereidingstijd voor eventuele presentaties. Met meer dan duizend geaccepteerde abstracts, duizenden deelnemers en online uitgezonden sessies bevestigt dit evenement de wederopleving van de EANM-congressen in post pandemische tijden. Dit vertaalt zich ook in de participatie aan het congres vanuit Nederland gekenmerkt niet alleen door een talrijke afvaardiging, maar ook door vele wetenschappelijke presentaties. Deze enthousiaste congresdeelname werd eveneens op sociaal gebied waargenomen en dit jaar werd voor het eerst sinds 2020 een diner georganiseerd voor NVNG leden en beroepsgenoten als een eervolle voortzetting van de traditionele Hollandse avond van vóór de Covid-19 crisis. Deze avond werd gehouden in een geest van samenzijn en saamhorigheid. Deze collectieve gevoelens vormen ook de bron van inspiratie voor de aanstaande viering van 55 jaar NVNG op 15 december in Noordwijk. Naast een wetenschappelijk programma met aandacht voor  technologische innovaties en gamechangers in de nucleaire geneeskunde zal een breed gamma van onderwerpen ter discussie gebracht worden. In deze editie van het TvNG legt Jules Lavalaye, voorzitter van de jubileumcommissie van de NVNG, in een interview uit waarom reflectie, verbinding en toekomstvisie de context zullen geven aan de lustrumviering. Met een soort thematische aanpak worden in de rubriek Uit de Oude Doos, op basis van grafisch materiaal en reflecties van protagonisten van destijds, jubileumsymposia van weleer gememoreerd met specifieke aandacht voor de jaren 90 van vorige eeuw. Met het jubileum van december aanstaande in zicht besteedt de huidige editie van het TvNG verder aandacht aan andere belangrijke onderwerpen. In een oorspronkelijk artikel, dat deel van haar masterthesis is, presenteert Bernadette Bosveld de uitkomsten van een onderzoek gericht op de evaluatie van SPECT/CT als een alternatief voor planaire scintigrafie in de uitvoering van de schildwachtklierprocedure bij borstkanker. Vervolgens in de rubriek Onderzoeker in de Kijker, een interview met Sophie Veldhuijzen van Zanten naar aanleiding van een aan haar recent toegekende KWF subsidie voor een project betreffend de rol van [18F]F-FAPI voor de identificatie van onbekende primaire maligne tumoren. De meest recente richtlijn osteoporose en fractuurpreventie wordt uitvoerig besproken door Marc ten Broek et al. In een ander artikel bespreken Paulissen en coauteurs de aspecten betreffende kosten van radium-223 en de apotheekbereiding [177Lu]Lu-PSMA-I&T voor gemetastaseerd castratieresistent prostaatcarcinoom in Nederlandse ziekenhuizen. Voorts worden de proefschriften van Danique Giessen, Wyanne Noortman en Marion Chomet door de kersnieuwe doctors zelf samengevat. Vóór de bovengenoemde jubilea rubrieken worden programma en vrije inzendingen van de wetenschappelijke voorjaarsvergadering van de NVNG gehouden in Apeldoorn toegelicht. Deze reguliere editie van het TvNG hoopt het succes van de uitgave van juni te continueren. Met als thema Radionuclidentherapie gaven twaalf artikelen een compleet overzicht van wat in Nederland wordt gedaan op het gebied van radionuclide behandelingen. Zoals gasthoofredacteur Marnix Lam benadrukte in de editorial van het themanummer staat multidisciplinaire samenwerking aan de basis van een succesvolle implementatie. In aansluiting hierop is de TvNG redactie van mening dat een hoge graad van cohesie van de nucleaire geneeskunde als vak en discipline de sleutel is tot succes van het werk met andere disciplines. In dat perspectief krijgen collectieve participaties in evenementen zoals het EANMcongres en het NVNG-jubileum een toegevoegde waarde waarbij reflectie, verbinding en toekomstvisie maar ook saamhorigheid centraal moeten staan.   Renato Valdés Olmos & Ben Bulten   INHOUD   OORSPRONKELIJK ARTIKEL SPECT/CT bij sentinel node procedure borstkanker: eenvoudig en doeltreffend B. Bosveld ONDERZOEKER IN DE KIJKER Missiegedreven onderzoek, blik op de toekomst Interview met S. Veldhuijzen van Zanten RICHTLIJNBESPREKING Richtlijn osteoporose en fractuurpreventie, augustus 2022  M.R.J ten Broek, E.T. te Beek, P. van den Berg, R.H.J.A. Slart, J.P. van den Bergh BESCHOUWING Kosten van radium-223 en de apotheekbereiding [177Lu]Lu-PSMA-I&T voor gemetastaseerd castratieresistent prostaatcarcinoom in Nederlandse ziekenhuizen J.H.J Paulissen, S.W. Quist, R.D. Freriks, D.N.J. Wyndaele PROEFSCHRIFTEN 89Zr-radiopharmaceuticals to study whole-body distribution and response to antibody-based cancer immunotherapies D. Giesen Radiomics in [18F]FDG PET/CT: a leap in the dark? W. Noortman 89Zr-immuno-PET in translational development of biopharmaceuticals M. Chomet CWO VOORJAARSSYMPOSIUM NVNG Wetenschappelijke vergadering NVNG: Veiligheid voor alles LUSTRUMSYMPOSIUM 2023 Lustrumsymposium in Noordwijk: 55 jaar NVNG in het kader van reflectie, verbinding en toekomstvisie UIT DE OUDE DOOS Lustrumsymposia door de jaren heen, saamhorigheid voorop CURSUS- EN CONGRESAGENDA

Sept '23. SPECT/CT bij sentinel node procedure borstkanker: eenvoudig en doeltreffend

In nuclear imaging prior to sentinel lymph node biopsy (SLNB) in breast cancer, scanning protocols are generally based on planar scintigraphy with Single Photon Emission Computed Tomography combined with Computed Tomography (SPECT/CT) used exclusively in cases of inadequate sentinel lymph node (SLN) visualisation. We investigated whether only a SPECT/CT 2h p.i. could replace our planar protocol.

Sept '23. Missiegedreven onderzoek, blik op de toekomst

Sophie Veldhuijzen van Zanten heeft geneeskunde gestudeerd aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Ze is gepromoveerd op het diffuus intrinsiek ponsglioom, een zeldzame, tot nog toe niet-behandelbare hersentumor bij kinderen.

Sept '23. Richtlijn osteoporose en fractuurpreventie, augustus 2022

Met de vergrijzing van de bevolking zullen incidentie en kosten van osteoporose-gerelateerde fracturen in de komende jaren waarschijnlijk significant gaan stijgen (1-3). Om hieraan het hoofd te kunnen bieden, is zorgvuldige afstemming nodig van diagnostiek, behandeling en nazorg voor optimale preventie van fracturen.

Sept '23. Kosten van radium-223 en de apotheekbereiding [177Lu]Lu-PSMA-I&T voor gemetastaseerd castr

Objective. This study compared the costs of two radiopharmaceutical treatments for metastatic castrationresistant prostate cancer (mCRPC) in Dutch hospitals.

Sept '23. 89Zr-radiopharmaceuticals to study whole-body distribution and response to antibody-based

Immuuntherapie heeft de overleving van patiënten met vergevorderde stadia van diverse kankersoorten sterk verbeterd. Met zowel geregistreerde immuuncheckpoint-remmers als innovatieve immuuntherapeutische geneesmiddelen die nog in ontwikkeling zijn, worden momenteel een groot aantal klinische trials verricht.

Sept '23. Radiomics in [18F]FDG PET/CT: a leap in the dark?

Medical images are believed to contain much more information about the biology of the tissue hidden in the myriad of voxels of both lesions and healthy tissue than can be assessed visually or using traditional quantitative measures.

Sept '23. 89Zr-immuno-PET in translational development of biopharmaceuticals

Biologicals gained attention over the past decades thanks to their therapeutic success especially in oncology. In the EU vision of personalised treatment, the right treatment should be provided to the right patient and at the right dose and at the right time to increase chances of successful therapy, reduce toxicity and ultimately increase cost-effectiveness.

Sept '23. Wetenschappelijke vergadering NVNG: Veiligheid voor alles

De wetenschappelijke voorjaarssbijeenkomst van de NVNG werd op 16 juni 2023 in Gelre ziekenhuizen, Apeldoorn gehouden met als thema “Veiligheid voor alles”.

Sept '23. Lustrumsymposium in Noordwijk: 55 jaar NVNG in het kader van reflectie, verbinding en toek

Het lustrumsymposium van de NVNG wordt gehouden op 15 december a.s. in het Palace Hotel te Noordwijk met aansluitend op het dagprogramma een feestelijke avond met diner in Breakers Beach House, op loopafstand van het Palace Hotel. Na 25 jaar keert dit evenement terug naar de kust.

Sept '23. Lustrumsymposia door de jaren heen, saamhorigheid voorop

Hoewel de Nederlandse Vereniging voor Nucleaire Geneeskunde (NVNG) sinds haar oprichting in 1968, eerst één later twee keer per jaar, wetenschappelijke vergaderingen hield (Bron: Sectie Historie Nederlandse Vereniging voor Radiologie https://www.radhis.nl/nvvng-vergaderingen.html) was het pas in 1993 dat het eerste lustrumsymposium werd gehouden.

Radionuclidentherapie (Juni 2023)

Snelle translatie van diagnostiek naar therapie in de Nucleaire Geneeskunde, zijn we er klaar voor? Radionuclide behandelingen zijn inmiddels niet meer weg te denken uit de nucleair geneeskundige praktijk. Elk jaar wordt in Nederland een toenemend aantal patiënten op afdelingen nucleaire geneeskunde  behandeld. Was dit vroeger vaak beperkt tot behandelingen van benigne en maligne schildklieraandoeningen, uitgevoerd in de grotere ziekenhuizen, inmiddels is er een scala aan therapeutische mogelijkheden,  uitgevoerd in vrijwel alle ziekenhuizen van Nederland. Diagnostiek en behandeling zijn daarbij nauw met elkaar verbonden, populair ‘thera(g)nostics’ genoemd. In dit nummer van het Tijdschrift voor Nucleaire Geneeskunde geven verschillende collega’s een overzicht van de huidige mogelijkheden. Het illustreert niet alleen de snelle ontwikkelingen van de laatste jaren, maar ook de expertise die op het gebied van radionuclide therapie in Nederland aanwezig is. De focus ligt in dit themanummer dan ook op de mogelijkheden van radionuclide therapie, maar ook de uitdagingen waar we met elkaar voor staan mogen niet onbenoemd blijven.  Het opschalen van vooral de lutetium-177 radionuclide behandelingen gaat momenteel gepaard met grote uitdagingen. Bijna dagelijks is te merken dat de keten van radionuclide productie en levering nog niet op orde is. Dit maakt de eigen productie van radiofarmaca zeer kwetsbaar, waardoor de beschikbaarheid voor (kanker)patiënten onder druk komt te staan. Los van de relevante wet- en regelgeving blijft het daarbij de vraag of eigen productie van radiofarmaca voor radionuclide behandelingen (in een ziekenhuis setting) op de korte en lange termijn wenselijk is? Het is een discussie over maatschappelijke  kosten, (brede) beschikbaarheid en kwaliteit, maar ook over (academische) taakstelling en benodigde investeringen. De recente problemen met de levering van lutetium-177 zetten die discussie verder op scherp. De uitvoering van radionuclide behandelingen dient plaats te vinden op een verpleegafdeling die daarvoor speciaal geütiliseerd is. Een voorzichtige schatting leert dan enkele duizenden patiënten in Nederland  jaarlijks in aanmerking komen voor radionuclide behandelingen, waarbij de volledige therapie meestal bestaat uit vier tot zes behandelingen. Bij een schatting van ca. 25.000 toekomstige behandelingen per jaar en  50 behandelcentra in Nederland betekent dit nog altijd 500 behandelingen per centrum. Die benodigde capaciteit van tenminste 50 behandelcentra met gemiddeld 2 bedden per centrum is op dit moment niet in Nederland aanwezig. Significante investeringen ten aanzien van benodigde infrastructuur zullen nodig blijken om lange wachtlijsten te voorkomen. Kunnen we die infrastructuur op tijd realiseren? Hoe worden de investeringen gefinancierd? De huidige (en toekomstige) verpleegafdelingen voor radionuclide behandelingen zijn bovendien niet overal integraal onderdeel van de afdeling Nucleaire geneeskunde. Hoe wordt een verpleegafdeling voor radionuclide therapie optimaal georganiseerd? Zouden differentianten nucleaire geneeskunde een rol op zich kunnen nemen als zaalarts, wellicht als onderdeel van de opleiding? Hoe zijn de financiële stromen geregeld en wie treedt op als hoofdbehandelaar? Deze vragen beperken zich niet tot de organisatie zelf, maar zijn ook medisch inhoudelijk van aard. Bij voorkeur treedt de nucleair geneeskundige bij verwijzing op als hoofdbehandelaar. Volgens de meest gebruikte definitie van het hoofdbehandelaarschap stelt de hoofdbehandelaar de indicatie voor de behandeling, informeert de hoofdbehandelaar de patiënt over de behandeling, voert de hoofdbehandelaar de behandeling uit, en verzorgt de hoofdbehandelaar de noodzakelijke nazorg en follow-up. Het is in ieder geval gebruikelijk dat de  eigenlijke behandelaar (als hoofd- of medebehandelaar) zelf de indicatie stelt en de patiënt van informatie voorziet, voordat de behandeling uitgevoerd wordt. Voor nucleair geneeskundigen zou dat betekenen dat zij in toenemende mate poliklinische afspraken met patiënten hebben, voor de behandeling, maar ook gedurende een follow-up periode na de behandeling. Is de infrastructuur daarvoor aanwezig? Zijn nucleair geneeskundigen voldoende medisch geschoold om patiënten gedurende de behandelperiode te begeleiden?  Sinds de integratie van de opleidingen Radiologie en Nucleaire geneeskunde is de uitgebreide stage van een jaar interne geneeskunde geen verplicht onderdeel meer van de opleiding tot nucleair  geneeskundige/radioloog. Hierdoor ontstond ruimte voor verdieping in de radiologische aspecten van ons vak. Door de voortschrijdende integratie met Radiologie ontstaan nieuwe mogelijkheden. Niet alleen is de radiologische diagnostiek vaak complementair aan de nucleaire diagnostiek, de radiologische diagnostiek is door de integratie ook gemakkelijker beschikbaar voor onze eigen patiënten. Tegelijk is de focus van de opleiding daarbij meer komen te liggen op de diagnostiek, in een periode waarin juist radionuclide therapie een vlucht heeft genomen. Differentianten nucleaire geneeskunde worden gedurende hun differentiatie geschoold in beide aspecten van ons vak, maar de vraag blijft of dit voldoende is voor het uitvoeren van radionuclide therapie in de volle breedte? Analoog aan de Interventie Radiologie is het denkbaar dat een fellowship nucleaire geneeskunde invulling zou kunnen geven aan deze kennislacune? Nog veel onbeantwoorde vragen. Hoe dan ook zullen we gezamenlijk oplossingen vinden, de ontwikkelingen gaan namelijk onverminderd door. De vraag voor bijvoorbeeld PSMAbehandelingen is nu al groot, terwijl de farmaceutische industrie momenteel meerdere grote gerandomiseerde fase III studies uitvoert in eerdere lijnen van de behandeling van prostaatkanker. Bij positieve resultaten zal het indicatiegebied daarmee verder verbreden en de vraag verder vergroten. Bovendien onderzoekt de farmaceutische industrie momenteel multipele kandidaat radiofarmaca voor een scala aan indicaties, ondersteunt door investeringen in de productie van medische isotopen (e.g. PALLAS, SHINE) en de verwerking van medische isotopen door leveranciers. Een en ander verder versterkt door innovatie op het gebied van beeldvormende technieken die met sterk verbeterde accuratesse bijdragen aan selectie van de juiste patiënten en het opstellen van een behandelplan voor elke individuele patiënt, in overeenstemming met de huidige eisen. Behalve de snelle ontwikkelingen op het gebied van systemische radionuclide behandelingen, is er ook een toenemende interesse in lokaal toegepaste radionuclide behandelingen. Te denken valt aan intra-arteriële toepassingen (e.g. radio-embolisatie), maar ook intratumorale toepassingen, intra-peritoneaal of cutaan. Deze radionuclide behandelingen kenmerken zich door het gebruik van (zeer) hoge lokale doseringen en beperkte (systemische) toxiciteit, maar zijn vaak ook beperkt qua indicatiegebied vanwege de lokale toepassing. Omdat de effectieve halveringstijd alleen bepaald wordt door de fysische halveringstijd en niet door de biologische halveringstijd (vanwege de permanente retentie lokaal), is het opstellen van een persoonlijk behandelplan, gebaseerd op dosimetrie, gemakkelijker te realiseren. Daarmee kunnen dit type radionuclide behandelingen ten aanzien van dosimetrie het pad effenen voor systemische radionuclide behandelingen. Dosimetrie is voor alle radionuclide behandelingen van groot belang. Omdat het aantal radionuclide behandelingen toeneemt, in eerdere fasen van ziekten, in combinatie met andere behandelingen, en  gefractioneerd, neemt de druk op verbetering van dosimetrie toe. Dosimetrie op basis van kwantitatieve beeldvorming moet leiden tot een goede selectie van patiënten, een individueel behandelplan naar analogie van de uitwendige radiotherapie, en een accurate analyse van de therapie tijdens of na de behandeling. De ontwikkelingen op het gebied van dosimetrie software hebben dit veld de laatste jaren een significante  boost gegeven. Het moge duidelijk zijn: Radionuclide behandelingen zijn booming. Nucleaire Geneeskunde heeft een trackrecord op het gebied van snelle translatie van innovatieve diagnostische en therapeutische modaliteiten. Multidisciplinaire samenwerking, niet in de minste plaats met onze collega radiologen, zal leiden tot succesvolle implementatie van de huidige radionuclide behandelingen en de innovatie van de toekomstige  radionuclide behandelingen faciliteren. Onze industriële partners en partners uit de publieke sector zijn daarbij onontbeerlijk voor succes, maar ook samenwerking tussen de ziekenhuizen in Nederland zal cruciaal blijken voor implementatie, standaardisatie en innovatie. Prof. dr. Marnix G.E.H. Lam Gasthoofdredacteur   INHOUD   Palliative radionuclide therapy for bone metastases with strontium-89-chloride and samarium-153-EDTMP K. Chung, J.M.H. de Klerk   [131I]mIBG therapy in neuroblastoma – 35 Years of experience A. Samim, G. Bleeker, K.C.J. Kraal, M.M. van Noesel, B. de Keizer, G.A.M. Tytgat   Current status of clinical dosimetry and personalized radionuclide therapy L.J. de Wit-van der Veen, D.M.V. de Vries-Huizing, M.P.M. Stokkel   Peptide receptor radionuclide therapy (PRRT) for neuroendocrine tumours T. Brabander, Q.G. de Lussanet de la Sabloniere, F.A. Verburg   Radiosynoviorthese in persisterende synovitis, relatief onbekend en ondergebruikt in Nederland F.M. van der Zant, R.J.J. Knol   Lutetium-177 PSMA for prostate cancer; current developments and challenges E.C.A. van der Sar, B. de Keizer, J. Lavalaye, J.M.H. de Klerk, L.W. van Golen, W.V. Vogel, M.G.E.H. Lam, A.J.A.T. Braat   Radium-223 bij gemetastaseerd castratieresistent prostaatcarcinoom D.N.J. Wyndaele   Radioembolization: An update on current practice and recent developments K. Ramdhani, A.J.A.T. Braat, M.G.E.H. Lam, M.L.J. Smits   Beeldgestuurd behandelen – Holmium-166 therapie geleid door CT en MRI M.W.M. van Wijk, N.J.M. Klaassen, C.Y. Willink   De-escalating Thyroid Cancer Treatment: Indications for Thyroid Remnant Ablation and Adjuvant I-131 Therapy after Surgery for Differentiated Thyroid Cancer H.I. Coerts, L. de Vries, Tessa M. van Ginhoven, M.R. Vriens, F.A. Verburg, B. de Keizer   Understanding the radiobiology of therapeutic medical radionuclides (UNRANU) J.F.W. Nijsen, S. Heskamp, A.G. Denkova, J. Nonnekens   2021 guideline on radiation exposure after radionuclide therapies: implementation in clinical practice in three different hospitals in The Netherlands. Aiming for more uniformity L.W. van Golen, A. M. Meijerink-ten Dam, P. Kaldeway, M. Sonneborn, A.J.A.T. Braat, C.A.T.M. Leijen