Menu Filters

Uitgaven

Het Tijdschrift voor Nucleaire Geneeskunde (TvNG) is een Nederlandstalig kwartaalblad dat wordt verspreid onder de leden van de aangesloten beroepsverenigingen in Nederland en België en onder belangstellenden die zich als abonnee hebben aangemeld. Doelstelling van het tijdschrift is het bevorderen van discussie en uitwisselen van kennis tussen beroepsbeoefenaren in de nucleaire geneeskunde.
1|...|16|17|18

September 2012

ORATIE Meet wat je ziet en zie(t) wat je meet Prof. dr. R. Boellaard PROEFSCHRIFT The Guarded Brain Dr. O.L. de Klerk Imaging of insulitis and beta cell mass in type 1 diabetes mellitus Dr. V. Di Gialleonardo Development of new neurobiological strategies to treat patients with cocaine dependence Dr. C.L. Crunelle BIJZONDERE CASUS Hyperglycemie en 18F-FDG: het kan niet altijd suiker en zeem zijn Prof.dr. B.L.F. van Eck-Smit ABSTRACTS CURSUSEVALUATIE DIENST IN DE KIJKER Stichting Nucleaire Geneeskunde West-Brabant, Roosendaal CURSUS- EN CONGRESAGENDA   Van de Redactie Zomerse gedachten Velen van u zijn waarschijnlijk alweer terug van zomervakantie. Voor een aantal van u is het tijdens zo’n vakantie wellicht niet zo makkelijk om de knop volledig om te zetten, oftewel, niet meer denken aan het werk. Op de meest onverwachte momenten gaan de gedachten soms uit naar zaken die te maken hebben met het werk, of met werkomstandigheden. Zelf merk ik dat juist in de laatste dagen van de zomervakantie, als ik bijvoorbeeld zit te relaxen of een wandelingetje aan het maken ben, ineens gedachten door mijn hoofd schieten die verband houden met mijn werk. Ik zie dan in een flits voor me hoe een bepaald mechanisme werkt of hoe een proces in een werkomstandigheid nu echt in elkaar zit. Dan ook komen er spontaan goede gedachten bovendrijven over hoe bijvoorbeeld een bepaalde onderzoekvraag opgelost kan worden. Vaak heb ik na een zomervakantie weer het gevoel de wereld aan te kunnen, en schrijf ik achter elkaar manuscripten en onderzoeksvoorstellen. Wist u overigens dat gedachten over iets dat relevant is voor de nucleaire geneeskunde, ook gepubliceerd kunnen worden in ons Tijdschrift voor Nucleaire Geneeskunde? We beschikken over de rubriek ‘Beschouwing’, waar ruimte is om artikelen te plaatsen die bijvoorbeeld te maken hebben met de beschrijving, en effecten, van een proces dat voor ons van belang kan zijn. Bijvoorbeeld hoe de invoering van lean management heeft geleid tot een efficiëntieslag. Dat neemt niet weg dat ook publicaties van oorspronkelijke artikelen, overzichtsartikelen en casuïstiek nog steeds erg gewaardeerd worden door onze collega’s. In deze uitgave van ons Tijdschrift voor Nucleaire Geneeskunde is er uitgebreid aandacht voor de oratie van collega Boellaard, getiteld ‘Meet wat je ziet, en zie(t) wat je meet’. Hij heeft zijn oratie gehouden in maart jongstleden, ter gelegenheid van zijn benoeming tot hoogleraar klinische fysica van de positron emissie tomografie. Daarnaast treft u de samenvattingen aan van de presentaties die gegeven zijn in het middagprogramma van de voorjaarsvergadering van onze vereniging (mei 2012 in ’s-Hertogenbosch). Tenslotte presenteren collega’s van Eck-Smit en Verberne een casus, met als uitdagende titel ’Hyperglycemie en 18F-FDG: het kan niet altijd suiker en zeem zijn’. Weet u wat ze met deze titel bedoelen? Jan Booij Hoofdredacteur

Juni 2012

OORSPRONKELIJK ARTIKEL Could cleaning of watches with radium painted dials cause erythema? Drs. A.J. Dam REVIEW ARTIKEL Implementing PET/CT imaging for head and neck cancer radiotherapy Dr. R.J.H.M. Steenbakkers BESCHOUWING Radioembolisatie voor de behandeling van leverkanker: een praktische handleiding Dr. M.G.E.H. Lam Extremity dosimetry for nuclear medicine workers Dr. F. Vanhavere The production of medicinal 177Lu and the story of 177mLu: detrimental by-product or future friend? Dr. D.J. De Vries Stralingsbescherming, waar ligt de grens van ALARA, zeker in de gezondheidszorg? Ir. L van den Berg KLINISCHE TRIAL Het verbeteren van de diagnostiek bij de ziekte van Parkinson: de LEAP-DAS studie Drs. S.R. Suwijn PROEFSCHRIFT Brain markers of psychosis and autism Dr. mr. O.J.N. Bloemen PET imaging with 89zirconium labeled antibodies to guide cancer therapy Dr. T.H. Oude Munnink Development and evaluation of PET tracers for imaging β-glucuronidase activity in cancer and inflammation Dr. I. Farinha Antunes BIJZONDERE CASUS Brain metastasis in an adolescent with neuroblastoma stage IV Drs. S.A. van der Haar Lung perfusion in a patient with Scimitar syndrome Drs. R.E.L. Hezemans CURSUS- EN CONGRESAGENDA   Van de Redactie Stralenbescherming en stralenbelasting Een patiënt komt bij u omdat hij last heeft van een pijnlijke rode huid van onder andere zijn handen, na het schoonmaken van twee horloges waarvan de wijzers ‘lichtgevend waren gemaakt’ met 226Ra-houdende verf. De patiënt spreekt zijn zorg uit dat de radioactiviteit afkomstig van het radium zijn klachten zou hebben veroorzaakt. Wat zou u doen als deze, of een vergelijkbare, situatie zich voordoet? Op pagina 880 kunt u lezen wat collega Dam heeft gedaan. In deze uitgave van ons Tijdschrift voor Nucleaire Geneeskunde is veel aandacht voor stralenbelasting en stralenbescherming. Vooral de handen van de medewerkers in een hotlab staan frequent bloot aan ioniserende straling. Collega Vanhavere gaat uitvoerig in op de resultaten van het ambitieuze ORAMED project. In dit project, dat in zeven Europese landen is uitgevoerd bij 139 deelnemers in 35 centra, is de handdosis voor 99mTc, 18F en 90Y nauwkeurig vastgelegd. De uitkomsten van dit project geven handvatten om de dosis op de handen te verminderen zonder dat de kwaliteit van de productie in gevaar komt. We weten allen dat we verstandig moeten omgaan met ioniserende straling. Enerzijds leidt gebruik ervan tot verbeterde diagnostiek en adequatere behandeling van patiënten, anderzijds kan het juist leiden tot verhoogde gezondheidsrisico’s. Het doel van regelgeving rondom het gebruik van ioniserende straling is om de bevolking en werkers in de gezondheidszorg te beschermen tegen de potentiële risico’s ervan. In de Nederlandse wetgeving lijken enkele veiligheidslimieten erg streng geformuleerd te zijn. Collega van den Berg vraagt zich af of dit wel zo wenselijk is. In Utrecht is uitgebreide ervaring opgedaan met radioembolisatie van niet-resectabele primaire of metastatische levermaligniteit. Collega Lam geeft een praktische uiteenzetting van hoe radioembolisatie met 90Y-microsferen het best uitgevoerd kan worden. Verder aandacht voor radionuclidentherapie met 177Lu-gelabelde liganden. Dit is een belangrijke ontwikkeling in de nucleaire geneeskunde en in Rotterdam is op dit onderzoeksgebied pionierswerk verricht. Zo hebben vele patiënten met een inoperabele of gemetastaseerde neuroendocriene tumor al kunnen profiteren van een behandeling met 177Lu-DOTATATE. Collega de Vries brengt ons op de hoogte van de manieren waarop dit radionuclide succesvol geproduceerd kan worden. Jan Booij Hoofdredacteur

Maart 2012

BESCHOUWING Aanbevelingen: Standaardisatie van aanvraag, uitvoering en verslaglegging van CT beeldvorming in het kader van FDG-PET/ CT onderzoeken bij patiënten met een maligne lymfoom Dr. R.A.J. Nievelstein CBO-RICHTLIJN De vernieuwde CBO richtlijn niet kleincellig longcarcinoom; aspecten voor de Nucleaire Geneeskunde Prof. dr. P.L. Jager BIJZONDERE CASUS Response to CHOP treatment in a case of unexpected detection of papillary thyroid carcinoma Drs. R.E.L. Hezemans CASE REPORT E-LEARNING WEBSITE Clinical significance of regional 18F-FDG myocardial uptake Drs. F. Celik PROEFSCHRIFT Quantification and tumour delineation in PET Dr. P. Cheebsumon KLINISCHE TRIAL Overzicht van HOVON trials bij agressief B-cellymfoom waarbij evaluatie met PET/CT en/of consolidatie met radioimmunotherapie (Zevalin®): HOVON 84 en HOVON 85 studie Recidief gedifferentieerd schildkliercarcinoom: richting gepersonaliseerde behandeling gebaseerd op functionele tumorkarakteristieken met PET (THYROPET Studie) ABSTRACTS MARIE CURIE AWARD WINNAAR VAN DE WOLDRING PRIJS 2011 DIENST IN DE KIJKER     Ziekenhuis Gelderse Vallei, Ede IN MEMORIAM Paula van Isselt-Boeijen CURSUSEVALUATIE CURSUS- EN CONGRESAGENDA   Van de Redactie Standaardisatie binnen de nucleaire geneeskunde Is standaardisatie belangrijk bij beeldvormend onderzoek? In deze uitgave van ons Tijdschrift geeft collega Nievelstein (namens de HOVON imaging werkgroep) hierop antwoord. Hij gaat uitvoerig in op de noodzaak voor standaardisatie van aanvraag, uitvoering en verslaglegging van CT beeldvorming in het kader van 18F-FDG PET/CT onderzoek bij patiënten met een maligne lymfoom. Op een heldere wijze, en gebruikmakend van overzichtelijke tabellen, wordt uiteengezet welke informatie idealiter op een aanvraag zou moeten staan. Tevens hoe in deze situatie het CT protocol eruit zou moeten zien, en hoe de CT beelden beoordeeld en verslagen zouden moeten worden. Deze aanbevelingen zijn een logisch vervolg op de succesvolle ontwikkeling en implementatie van standaardisatie van de patiëntenvoorbereiding en uitvoering van 18F-FDG PET onderzoek bij patiënten met een maligne lymfoom (NEDPAS richtlijn). Het jaarlijkse congres van de European Association of Nuclear Medicine (EANM) vond vorig jaar plaats in Birmingham. De prestigieuze Marie Curie Award werd daar uitgereikt aan collega Andralojc voor uitmuntend onderzoek dat zij uitvoerde in het Radboud Universitair Medisch Centrum Nijmegen. Bij type-1 diabetes mellitus is er een ernstig verlies van insuline producerende bètacellen in de alvleesklier, welke zich bevinden in de eilandjes van Langerhans. Transplantatie van de eilandjes van Langerhans is een veelbelovende ontwikkeling bij de behandeling van diabetes. In deze bijdrage beschrijft Andralojc hoe zij in ratten getransplanteerde bètacellen succesvol kon aantonen door gebruik te maken van SPECT/CT, en een radiofarmacon dat bindt aan de zogenaamde GLP-1 receptor. Deze receptor komt sterk verhoogd tot expressie in bètacellen. Vanaf 1990 is de Marie Curie Award 22 maal uitgereikt, waarbij het uitzonderlijk is dat deze prijs in die periode vijfmaal naar Nederlands onderzoek is gegaan (Nijmegen won dezelfde prijs al éénmaal eerder, tweemaal is de prijs naar het Academisch Medisch Centrum gegaan, en éénmaal naar het Universitair Medisch Centrum Groningen). Dit geeft aan dat het Nucleair Geneeskundig onderzoek, uitgevoerd door Nederlandse groepen, internationaal goed op de kaart staat. Recent bereikte ons het bericht dat Paula van Isselt-Boeijen op 19 februari 2012 is overleden. Zij was jarenlang zeer actief in de redactie van ons Tijdschrift. Namens de redactie wensen wij Hans van Isselt heel veel sterkte toe in deze moeilijke tijd. Jan Booij Hoofdredacteur

December 2011

Clinical approach of patients with systemic amyloidosis B.P.C. Hazenberg, MD, PhD Whole body amyloid deposition imaging by 123I-SAP scintigraphy R.W.J. van Rheenen, MD Echocardiography and magnetic resonance imaging for the detection of cardiac amyloidosis M. Groenink, MD, PhD Nuclear imaging in cardiac amyloidosis: the role of 123I-MIBG W. Noordzij, MD Development and evaluation of agents for targeting visceral amyloid J.S. Wall, PhD Amyloid Imaging in Alzheimer’s Disease N. Tolboom, MD, Phd Amyloid imaging with PET: what will be next? J. Booij, MD, PhD COURSES & CONFERENCES   Editorial From the editors Amyloidosis is the name of a group of disorders characterized by deposits of protein fibres (fibrils) in organs and tissues resulting in swelling and dysfunction. If this deposition process is not stopped in the early stages of the disease it can lead to the failure of the affected organ. Because most of the affected organs have a vital function (heart, liver, spleen and kidneys) the failure of these organs can lead to serious complications and even to death. It is therefore of great importance to identify the organs involved at the earliest possible moment. However, amyloidosis is a rare disease (estimated at 8-14 per million per year) and patients with the disease are often treated in specialized institutions (top referral care). This makes that even in a highly trained medical community (i.e. The Netherlands) amyloidosis is a relatively unknown disease. Until thirty years ago the treatment of amyloidosis had mostly a supportive nature. In recent years however, new systemic therapies were devised and implemented with a relatively high success rate. There are indications that the response to these therapies depends on the number of organs involved. It is therefore eminent to assess which organs and to what extent these organs are involved in the disease. Non-invasive imaging techniques in general and nuclear medicine techniques in particular play a pivotal role in determining the disease and in identifying the extent of the disease. In addition, however to a lesser extent, these imaging techniques play a role in assessing the effectiveness of therapy. In light of all these exciting developments and innovations, we felt that there was an unmet need to bring you up to date on amyloidosis and what better medium to choose than our own Journal. To give you a better understanding of amyloidosis we have asked several national and international specialists in the field of amyloidosis to bring you up to date and to give you an idea of the future perspectives. There are contributions by clinicians, researchers and imagers. First, Dr. Hazenberg, rheumatologist and clinical immunologist at the University Medical Center Groningen (UMCG), discusses the diagnostic and therapeutic options in these patients from a clinical perspective. This is followed by a contribution from the UMCG (Drs. van Rheenen and Drs. Glaudemans) focussing on 123I-serum amyloid P (SAP) scintigraphy to assess organ involvement. In a mutual effort from the nuclear medicine departments of the UMCG and the Academic Medical Center (AMC) in Amsterdam (Drs. Noordzij, Dr. Verberne and Dr. Slart), these authors highlight the possibilities of nuclear medicine techniques to assess amyloidosis in a sole organ: the heart. In addition Dr. Groenink (cardiologist) and Dr. Verberne, both from the AMC in Amsterdam, present an overview of non-nuclear medicine techniques to either demonstrate or exclude cardiac amyloidosis. In contrast to all this amyloidosis deposition, Dr. Tolboom (nuclear medicine physician in training at the VUMC in Amsterdam) discusses the imaging possibilities of another protein deposition disorder, with a specific preference for the brains: Alzheimer’s disease. Despite the promising results with PET tracers to image amyloidosis in the brain Prof. Booij (AMC, Amsterdam) emphasizes on the efforts to image amyloid in the brain with imaging techniques other than PET and to image other protein aggregates than ß-amyloid which may be relevant for the neurodegenerative disorders. Last but not least there is a valuable contribution from Knoxville, USA. In this article Prof. Wall discusses various preclinical research lines. To make full circle Prof. Wall shares the opinion of Prof. Booij that there is a need to focus on the development of new tracers for imaging of amyloidosis. In case you have been triggered by all this exciting information and you would like to learn more on the latest developments in the field of amyloidosis, there is the opportunity to do so. In the spring of 2012 the “XIIIth International Symposium on Amyloidosis” will be held in Groningen from 6 to10 May 2012. This Symposium with the sub-title “From misfolded proteins to well-designed treatment” is organized by GUARD (Groningen Unit for Amyloidosis Research & Development). More information and the possibility to register to attend this symposium can be found at: www.amyloidosis2012.com. We hope this special issue of the Journal will give you a better understanding of the disease amyloidosis, the current clinical issues and the (essential) role that nuclear medicine can play in assessing disease severity and therapeutic efficacy. As guest-editors of this special issue we hope you will enjoy reading and hopefully afterwards will share our enthusiasm on the (future) possibilities for nuclear medicine in amyloidosis. Andor Glaudemans Nuclear Medicine, UMC Groningen Hein Verberne Nuclear Medicine, AMC Amsterdam

September 2011

REVIEW ARTIKEL Neuroblastoma: a heterogeneous tumour Drs. G. Bleeker De rol van 99mTc-MAG3 renografie in de postnatale evaluatie van kinderen met verdenking op een congenitale afwijking van de tractus urogenitalis Drs. L. Koster-Kamphuis Kidney protection during peptide receptor radionuclide therapy - recent developments Dr. E. Vegt CBO RICHTLIJN Richtlijn urineweginfecties bij kinderen Dr. J.A.E. van Wijk BESCHOUWING Doseringen bij nucleair geneeskundig onderzoek bij kinderen Mw. I.R. de Waard-Schalkx CASE REPORT Nuclear optical illusions; different PET-tracers can change a person’s appearance Drs. R.W.J. van Rheenen CASE REPORT E-LEARNING WEBSITE 18F-FDG PET/CT in a patient with pancreatitis Drs. N. Groen PROEFSCHRIFT Radiopeptiden voor doelgerichte tumortherapie en de nier Dr. M. Melis Diagnosis and prognosis of cardiac syndrome X Dr. I.A.C. Vermeltfoort FORUM VERENIGINGSNIEUWS MEDEDELINGEN UIT DE VERENIGINGEN CURSUS- EN CONGRESAGENDA   Van de Redactie Kinderen en nucleaire geneeskunde Onderaan deze rubriek ziet u een ander gezicht dan u gewend bent. Jarenlang heeft ons Tijdschrift mogen profiteren van de vele inspanningen van Lioe-Fee de Geus-Oei als hoofdredacteur. Door haar gedrevenheid en nauwgezetheid heeft zij een belangrijke rol gespeeld bij het professionaliseren van ons Tijdschrift. Het is voor mij, als nieuwe hoofdredacteur, dan ook een uitdaging om het werk van Lioe-Fee zo goed mogelijk voort te zetten. Maar deze uitdaging ga ik, samen met de andere redactieleden, graag aan. In de komende tijd zal ik u in deze rubriek op de hoogte brengen van de gedachten en ideeën, die bij de redactie leven om de kwaliteit van het Tijdschrift te handhaven en waar mogelijk te verbeteren. Ook zal op gezette tijden aandacht zijn voor ontwikkelingen die al gaande zijn, zoals de beoogde PubMed kwalificatie van ons Tijdschrift. In deze uitgave is er uitgebreid aandacht voor de toepassing van nucleair geneeskundige technieken bij een kwetsbare patiëntengroep, namelijk kinderen. Collega Bleeker gaat uitvoerig in op de diagnostiek en behandeling met MIBG bij kinderen met neuroblastoom. Na het lezen van dit artikel bent u volledig op de hoogte dat neuroblastoom een heterogene ziekte is, over de rol van MIBG bij de diagnostiek van het neuroblastoom, en de steeds prominentere rol van MIBG therapie bij de behandeling ervan. Ook andere belangrijke ontwikkelingen op therapeutisch gebied licht zij toe. Door het routinematig uitvoeren van echografie bij zwangeren, worden afwijkingen van het urogenitale systeem frequent gedetecteerd bij de ongeborene. Als gevolg van deze ontwikkeling worden baby’s regelmatig verwezen voor renografie, vaak al binnen een aantal weken na de geboorte. Collega Koster-Kamphuis brengt ons op de hoogte hoe het best renografisch onderzoek uitgevoerd en geïnterpreteerd kan worden in deze groep van jonge patiëntjes, en wat de bijdrage van dit onderzoek is bij de follow-up van congenitale afwijkingen van de tractus urogenitalis. Op initiatief van de Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde (NVK) is een richtlijn ontwikkeld voor de diagnostiek en behandeling van urineweginfecties bij kinderen. Een paar onderdelen van deze richtlijn zijn uiterst relevant voor de nucleair geneeskundige. Kinderarts van Wijk geeft aan wanneer de DMSA scan bij verdenking op) een urineweginfectie geïndiceerd is. Deze bijdrage bevat twee tabellen die handig zijn om bij de hand te hebben als een kinderarts u belt en vraagt of een DMSA scan geïndiceerd is voor zijn patiënt. Bij nucleair geneeskundig onderzoek in het algemeen, en in het bijzonder bij kinderen, is een cruciale vraag wat een optimale dosering is van het toe te dienen radiofarmacon. Naar aanleiding van een doseringsschema dat gepubliceerd is in de aanbevelingen Nucleaire Geneeskunde van de Nederlandse Vereniging voor Nucleaire Geneeskunde (NVNG), heeft de werkgroep kindergeneeskunde van de European Association of Nuclear Medicine (EANM) de doseringsschema’s voor kinderen herzien. Mevrouw de Waard-Schalkx, werkzaam bij het Laboratorium voor Stralingsonderzoek (LSO) van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM), laat zien wat voor gevolgen hiervan zijn voor de stralenbelasting bij het kind. Jan Booij, Hoofdredacteur

Juni 2011

REVIEW ARTIKEL New [18F]radiofluorination methods Dr. A.D. Windhorst CASE REPORT PET/CT characteristics in the diagnosis of an endobronchial lipomatous hamartoma: a case report Dr. F.M. van der Zant OPLEIDINGEN E-learningsplatform voor nucleair geneeskundigen en AIOS gelanceerd Dr. R.H.J.A. Slart PROEFSCHRIFT Advanced monitoring of targeted therapy in cancer Dr. I.M.E. Desar Sentinel nodes in complex areas: innovating radioguided surgery Dr. L. Vermeeren Synthesis and evaluation of radiolabeled peptide multimers for tumor targeting Dr. ir. C.-B. Yim Strategies to reduce uptake of radiolabeled peptides in the kidneys Dr. E. Vegt Surgical implications of novel PET technologies in breast cancer, lung cancer and melanoma Dr. T.S. Aukema Radiolabelled monoclonal antibodies for molecular imaging of chronic inflammatory diseases Dr. G. Malviya PET and SPECT imaging of bone marrow disorders Dr. A. Agool BIJZONDERE CASUS Incidental colonic 18F-FDG uptake: colonic cancer detected in a patient with locally advanced breast cancer ABSTRACTS Wetenschappelijke Vergadering van de NVNG KLINISCHE TRAIL  The SYMPATHETIC study DIENST IN DE KIJKER Groene Hart Ziekenhuis (GHZ), Gouda CURSUSEVALUATIE MEDEDELINGEN UIT DE VERENIGINGEN CURSUS- EN CONGRESAGENDA   Van de Redactie Future in motion Dat ik trots ben op ons vak wist u natuurlijk al. Maar dat ik vind dat ons vak kracht heeft, en wel een middelpuntzoekende kracht, klinkt u misschien als grootheidswaanzin in de oren. Laat ik mijn standpunt eens grondig onderbouwen. Alle ziektes ontstaan door moleculair biologische veranderingen op celniveau, ten gevolge van een al dan niet bekende genafwijking. Waar wij tot dusver vooral in geïnteresseerd waren, zijn morfologische veranderingen die dus eigenlijk secundair zijn aan moleculair biologische veranderingen. En dat laatste is nu juist waar onze kracht ligt. Hoe langer hoe meer nieuwe generatie geneesmiddelen grijpen in op deze moleculair biologische veranderingen. Op dit punt kunnen wij als vakgebied van groot maatschappelijk èn economisch belang zijn. Door deze nieuwe geneesmiddelen radioactief te labelen kunnen we ervoor zorgen dat de farmacokinetiek in vivo gevisualiseerd en gekwantificeerd kan worden. We kunnen de imaging biomarkers gebruiken om upfront de geschikte patiëntenpopulaties te selecteren, zodat geneesmiddelen niet meer in de verkeerde c.q. ongevoelige patiëntenpopulaties getest worden. We kunnen farmacokinetische eindpunten definiëren, wat resulteert in dosering op basis van maximale receptorsaturatie. Proefpersonen hoeven niet langer belast te worden met onnodige bijwerkingen tengevolge van bepaling van de maximum tolereerbare dosis. Klinische trials kunnen bekort worden, doordat overleving geen eindpunt meer hoeft te zijn. Dit zorgt ervoor dat de kosten van nieuw te ontwikkelen geneesmiddelen drastisch teruggebracht kunnen worden en uiteindelijk veel vlotter en voor een lagere prijs beschikbaar zijn voor de patiënt. De patiënten krijgen therapie op maat, omdat zij met onze tools nauwkeurig geselecteerd worden voor het medicament, waarvan zij met grote waarschijnlijkheid profijt zullen hebben. Er zal geen geld en kostbare tijd meer verloren gaan en de patiënt zal niet meer hoeven te lijden onder de onnodige bijwerkingen van ineffectieve therapie. Therapie veranderingen zullen niet meer gebaseerd zijn op algemene protocollen, maar zullen geleid worden door de moleculair biologische veranderingen die optreden tijdens het vorderen van de desbetreffende ziekte en soms zelfs onder invloed van geneesmiddelen. Het klinkt te mooi om waar te zijn. Maar hoe labelen wij die nieuwe geneesmiddelen dan en met welke isotopen? Fluor-18 is zeer geschikt voor het labelen van o.a. nieuwe “small molecule“ farmaca vanwege de ideale halfwaardetijd en de optimale positron energie. Klinkt eenvoudiger dan het is, want diezelfde halfwaardetijd kan ook nadelig zijn voor de radiochemische opbrengst. Je denkt dat de oplossing zit in het gebruik van snellere reactietechnieken, maar dat kan weer resulteren in bij-reacties en afbraak van het reactie product. Om deze en andere problemen op te lossen zijn nieuwe synthesemethoden vereist. Het hoofdartikel van Dr. Windhorst en Prof. Elsinga laat u de nieuwe mogelijkheden zien. Sommigen zijn zo nieuw dat we ze misschien zelfs futuristisch mogen noemen. Ik zal u niet langer ophouden, want ik voel dat u popelt om dit artikel te gaan lezen! Lioe-Fee de Geus-Oei, Hoofdredacteur

Maart 2011

BESCHOUWING De robot in het PET centrum Dr. V. Caveliers CBO RICHTLIJN Richtlijn Oesofaguscarcinoom Dr. G.W. Sloof PROEFSCHRIFT Cytoreductive Surgery and Radioimmunotherapy to treat Peritoneal Carcinomatosis of Colorectal Cancer Dr. F. Aarts 22q11 deletion syndrome and neurotransmitter systems in unchallenged and challenged conditions Dr. E. Boot Radionuclide Imaging of Angiogenesis Dr. T.H. Stollman Positron Emission Tomography in Staging and Surveillance of Oral and Oropharyngeal Squamous Cell Carcinoma Dr. C.A. Krabbe Adjuvant radioimmunotherapy in experimental colorectal cancer Dr. G.M. de Jong  18F-FDG PET in patients with colorectal liver metastases Dr. B. Wiering 18F-FDG PET in sarcoidosis Dr. R.G.M. Keijsers KLINISCHE TRIAL 16α-[18F]-17ß-estradiol (FES)-PET imaging of ER density to guide and improve tailored therapy for acquired antihormonal resistant breast cancer BOEKBESPREKING Atlas of Nuclear Cardiology CURSUSEVALUATIE WINNAAR VAN DE WOLDRING PRIJS 2010 ABSTRACTS BIJZONDERE CASUS MEDEDELINGEN UIT DE VERENIGINGEN CURSUS- EN CONGRESAGENDA   Van de Redactie The Devil is in the detail De laatste maanden heeft in het teken gestaan van een aantal redactionele verschuivingen. En omdat redactieleden de motor zijn achter de totstandkoming van ons blad hecht ik eraan de gaande en komende redactieleden zeer te bedanken voor hun geleverde en te leveren bijdragen. Het valt op dat de nieuwe leden snel zijn ingewerkt. Ons team voelt weer als vanouds compleet. Nu we toch een kijkje achter de schermen nemen wil ik graag stilstaan bij het redactie werk, want ondanks de almaar verbeterende software blijft er heel veel handwerk nodig. Ons vak wemelt bijvoorbeeld van de afko’s, die de eerste keer voluit geschreven dienen te worden. In verband met uniformiteit spraken we af dat we voor 99mTc kozen en niet voor [Tc-99m]. Maar wat doen we met de vierkante haken bij (R)-carbon-11 [1-(2-chlorophenyl)-N-methyl-N-(1-methyl-propyl)-3-isoquinolinecarboxamide] oftewel (R)-11C-PK11195 en 18F-FDDNP, voluit 2-(1-{6-[(2-fluor-18 fluoroethyl) (methyl)amino]-2-naphthyl}ethylidene)malononitrile? Juist ja, u begrijpt het al… maar waarom dit geneuzel zult u denken? We hebben ons ten doel gesteld in aanmerking te komen voor PubMed kwalificatie. Wat dan vanzelfsprekend als belangrijkste criterium geldt is de inhoud van de artikelen over een langere periode. Met vier jaargangen, en dan met name de vier hoogkwalitatieve themanummers, denken we dat de tijd rijp is om het selectie proces in te gaan. Nog een voorwaarde is consistentie op lay-out, interpunctie, schrijfwijze etc. Dit zeer arbeidsintensieve klusje valt helaas niet te automatiseren en doet denken aan het aloude letterzetten uit vervlogen tijden, waardoor de Devil inderdaad vaak in de details zit. Maar goed, in iedere tuin moet onkruid gewied worden en om dat te beperken proberen we tools te ontwikkelen die daarbij behulpzaam zijn, zoals de auteursrichtlijn die u zorgvuldig de weg wijst en de EndNote en Reference Manager Sjablonen die op de NVNG website te vinden zijn. Er moest een formeel redactiestatuut komen en het werd noodzakelijk dat er niet één maar twee reviewers de oorspronkelijke artikelen beoordeelden. Ik merk dat het een feitelijk woordje is wat ik tot u richt deze keer. Dan wil ik ook deze wetenschap met u delen, formeel viel ons Tijdschrift onder de Stichting ter Bevordering van de Nucleaire Geneeskunde, maar nu deze opgeheven is vallen wij sinds januari juridisch onder de NVNG, uiteraard met instemming van de andere door de SBNG vertegenwoordigde verenigingen. Dat ons Tijdschrift nu een officiële uitgave van de NVNG geworden is zal inhoudelijk echter niet merkbaar zijn, omdat de andere verenigingen onveranderd vertegenwoordigd blijven in de redactie. We hopen dat dit inkijkje in het redactiewerk u geamuseerd heeft. Lioe-Fee de Geus-Oei, Hoofdredacteur

December 2010

The High Flux Reactor in Petten resumes the vital roles of production of medical radioisotopes and nuclear research E.J. de Widt, MSc Covidien’s role in the supply chain of Molybdenum-99 and Technetium-99m generators F. de Lange, MSc How to make nuclear medicine a killer app for medical imaging? J.F. Verzijlbergen, MD, PhD The economics of the Molybdenum-99/Technetium-99m supply chain  An increase in the sales price at the reactor level might be unavoidable H.J.J. Seeverens, MD Alternative methods for producing Molybdenum-99 Prof. D.M. Lewis Molybdenum-99 supply shortage: is cyclotron-produced Technetium-99m a realistic alternative? R.G. Zimmermann, PhD Delft University of Technology working on short and long-term solutions to the molybdenum crisis Prof. H.Th. Wolterbeek PALLAS : the new nuclear research reactor in the Netherlands B. van der Schaaf, MSc Service in the spotlight Department of nuclear medicine and molecular imaging, University Medical Center Groningen A.W.J.M. Glaudemans, MD SOCIETAL NOTICES COURSES & CONFERENCES   Editorial The good news or the bad news first? Well, we had many crises the past years and some of them are still continuing. Dear reader, we decided to analyse in-depth the latest crisis on molybdenum production. Because of its importance and world-wide impact, we invited both national and international professionals to make their contribution. Consequently, this issue is published in English. We have got good news and bad news for you. To start with the good: Molybdenum-99, the raw material generally used for the production of our beloved Technetium-99m, is now once again widely available for nuclear medicine purposes. The bad news is, however, that without structural changes, the current and future supply chain of this essential isotope is far from guaranteed. For this Special Issue ten outstanding professionals were asked to describe the causes of the shortages and how they were dealt with, to analyse the underlying economics, and to suggest improvements and alternatives that may help prevent or alleviate future crises. De Widt, as manager of Irradiation Services, was directly involved in the repair project and restart of the High Flux Reactor (HFR) in Petten. HFR is a key supplier of medical isotopes, covering about 70% of the European demand. It is the world’s second largest supplier of Molybdenum-99, right after National Research Universal Chalk River in Canada. De Widt provides us with a very personal eye-witness and project manager’s report of the recent outage of the HFR and the unique repair project that finally returned it to full production last September. De Lange, site director at Covidien’s Petten plant, describes the short-term shortage impact and the way the Molybdenum-99 processing industry has dealt with it. He even successfully called in Maria’s help, Maria being the Polish research reactor Covidien recently contracted into the supply chain. During the latest crisis, Verzijlbergen, as president and spokesman of the Dutch Society of Nuclear Medicine, was closely involved in communication about the Molybdenum-99 shortages. He discusses alternatives to the use of Technetium-99m labeled tracers. Although conversion towards PETtechniques might reduce our dependency on Technetium-99m to some extent, Technetium-99m labeled agents will still remain the workhorse of Nuclear Medicine for many years, he reveals. In his article Seeverens presents a summary of the recent report of the High-level Group on the security of supply of Medical Radioisotopes. This international group of 20 experts analysed the economics of the current Molybdenum-99 supply chain and came up with a number of highly relevant conclusions and suggestions. As former medical specialist and current policy advisor within the Dutch government, Seeverens gives his personal opinion on the report. Three separate contributions, by Lewis of CERN, Zimmermann and Geets of IBA and Wolterbeek of Delft University of Technology, discuss several alternative methods for producing Molybdenum-99. A variety of methods, in various states of maturity and feasibility, is summarized. Recently Delft has offered to make its research reactor available for back-up Molybdenum-99 production, using conventional fission of Uranium-235 targets. A novel production method Delft is investigating might eliminate the need for Uranium-235 targets in the future. This in-depth analysis is concluded by Van der Schaaf and De Jong who present PALLAS, the projected successor of the aged High Flux Reactor in Petten. They report on the progress made towards its realisation. We hope this Special Issue will illuminate the way forward to a stable long term supply of all medical isotopes. Editors-in-Chief of this Special Issue Bertjan Arends Nuclear medicine physicist, Catharina-ziekenhuis, Eindhoven, Filiz Celik Nuclear medicine physician, Deventer Ziekenhuis, Deventer,  

September 2010

WETENSCHAPPELIJKE PRESENTATIE DUTCH OESOPHAGEAL CANCER GROUP Toepassingsmogelijkheden van PET of PET/ CT bij slokdarmcarcinoom Prof. dr. J.Th.Plukker KLINISCHE LES Asymmetric ischiopubic synchondrosis in case of non traumatic hip complaints: a dilemma for the imaging specialist? Drs. L.A. de Leeuw ORATIE Plooibare hersenen Prof. dr. J. Booij PROEFSCHRIFT Immune responses in ovarian cancer patients treated with intraperitoneal yttrium-90 labeled HMFG1 Dr. A.L.M. Oei Imaging Alzheimer’s disease pathology in vivo: towards an early diagnosis Dr. N. Tolboom OPLEIDINGEN Implementatie E-learningsplatform voor nucleair geneeskundigen (i.o.) Dr. R.H.J.A. Slart Implementatie van e-learning voor studenten Prof. dr. M. Gotthardt E-learning als onderdeel van het moderniseringsproces binnen het opleidingscontinuüm van medisch specialisten: het VUmc Digital Imaging Skills Lab Prof. dr. E.F.I. Comans Technische geneeskunde: een nieuwe discipline binnen de nucleaire geneeskunde Onderwijsinnovatie in Utrecht Integratie nucleaire geneeskunde en radiologie Drs. J.A.F. de Jong KLINISCHE TRIAL I-131 Remnant Ablation in Differentiated Thyroid Cancer - optimal treatment with maximal outcome BOEKBESPREKING Principles and Practice of PET and PET/CT DIENST IN DE KIJKER Isala Klinieken MEDEDELINGEN UIT DE VERENIGINGEN CURSUS- EN CONGRESAGENDA   Van de Redactie Een leven lang leren Dit enkele jaren terug gekozen Europees onderwijsadagium is van toepassing op een groot deel van de inhoud van dit nummer. Natuurlijk, onze beroepsgroep is van oudsher gewend en getraind om in gesprek met elkaar tijdens overdracht, refereeravonden, congressen en andere nascholingsactiviteiten onze medische kennis te verversen en uit te breiden, maar in iedere tijd vinden innovaties plaats in de manier waarop dat gestalte krijgt. Niet alleen het ‘wat’ verandert en vernieuwt, maar ook het ‘hoe’. Nieuwe didactische inzichten volgen oude op en nieuwe technologieën bieden nieuwe mogelijkheden om kennis aan te bieden, te vergaren en te toetsen. Was het vroeger gebruikelijk om in een 4-jarige meester-gezelverhouding ‘learning on the job’ het vak je eigen te maken, hoe anders wordt dat de komende tijd met een 5-jarige competentiegerichte opleiding waarin de AIOS samen met de opleider een bijna individueel opleidingsplan samenstelt waarin multimodality imaging veel meer centraal komt te staan. Over multimodality imaging gesproken, in het stuk van collega de Jong kunt u lezen dat inmiddels al tijdens het basiscurriculum geneeskunde in Utrecht sprake is van geïntegreerd onderwijs ‘beeldvorming’, waarin ons vak zeer ruim aan bod komt. En ook tijdens een 6 weken durend co-schap beelvorming is het mogelijk om gedurende 2 weken een zeer gestructureerde stage nucleaire geneeskunde te lopen. Al met al een mooie kweekvijver om de Nachwuchs van enthousiaste en getalenteerde toekomstige collega’s te faciliteren. Tevens binnen de context van ‘onderwijsinnovaties’ treft u drie artikelen in het kader van E-learning waarbij zowel studenten, AIOS, alsook gearriveerde medisch specialisten op moderne wijze geaccrediteerd onderwijs kunnen volgen. Deze benchmarkingprogramma’s zorgen ervoor dat u kunt zien welk kennisniveau er van u verwacht wordt, hoe u presteert ten opzichte van collega’s en wat uw vorderingen in de tijd zijn. Wilt u het onderwijs individueel, tijd- en plaatsonafhankelijk volgen, of prefereert u ‘blended learning’ en ‘Skills Lab sessies’? Het behoort allemaal tot de mogelijkheden door de enorme inspanningen van enkele collega’s. Maar zoals u in het stuk van collega Slart kunt lezen kunt u hier binnenkort zelf ook een bijdrage aan leveren. Over onderwijsinnovaties gesproken, wie heeft nog niet kennis gemaakt met onze nieuwe collega, de ‘technisch geneeskundige’? Was deze tot voor kort waarschijnlijk nog stagiair, inmiddels hebben de eerste afgestudeerden de weg naar de arbeidsmarkt gevonden. En wat zijn ze gewild! In dit nummer geven twee jonge klare technisch geneeskundigen toelichting op het studiecurriculum en laten zij zien hoe zij hun kennis toepassen in hun eerste baan. Lioe-Fee de Geus-Oei, Hoofdredacteur

Juni 2010

OORSPRONKELIJK ARTIKEL Suppression of 18F-FDG myocardial uptake using a fat-allowed, carbohydrate-restricted diet Drs. H. Balink Changes in 18F-FDG distribution in skeletal muscles and viscera in a case of cerebral palsy as shown on PET scan Prof. dr. I Goethals De acute afhandeling van stralingsongevallen in ziekenhuizen: een voorstel Drs. J.J.J. Borm Samenvatting VMS thema ‘Voorkomen van nierinsufficiëntie bij intravasculair gebruik van jodiumhoudende contrastmiddelen’ H.A. Nienhuis-Brands FORUM Ingezonden brief Dr. O.E. Nieweg PROEFSCHRIFT Quantification of brain PET studies Dr. M. Yaqub Optimal reconstruction algorithms for high-resolution PET Dr. F.H.P. van Velden Myocardial Perfusion Studies in Abnormal Ventricular Activation Dr. T.J.F. ten Cate Validation of PET imaging for non-invasive characterization of head and neck tumors Dr. E.G.C. Troost BIJZONDERE CASUS Primaire progressieve afasie E-BOEKRECENSIE Geschiedenis schildklierdiagnostiek en therapie, Hans van Isselt ABSTRACTS Wetenschappelijke Vergadering van de nvng DIENST IN DE KIJKER St. Antonius Ziekenhuis, Nieuwegein IN MEMORIAM Dr. Hwie Song Han, 1931-2010 MEDEDELINGEN UIT DE VERENIGINGEN CURSUS- EN CONGRESAGENDA   Van de Redactie Primeur: de eerste TvNG e-book publicatie! Ik ben er trots op dat in de geschiedenis van ons tijdschrift heden de eerste e-book publicatie, getiteld “The philosophy of science: a history of radioiodine and nuclear medicine” (http://www.nvng.nl/tijdschrift/vanisselt.history.html), verschenen is. Eén van mijn illustere voorgangers, oud-hoofdredacteur Hans van Isselt schrijft deze primeur op zijn naam. Na een uitvoerig – of moet ik zeggen: doorwrocht – exposé ontrolt hij op zeer boeiende wijze het historisch discours van ons vakgebied. Vanzelfsprekend passeren alle grote namen uit de wetenschapsgeschiedenis van de nucleaire geneeskunde de revue. Tot slot eindigt van Isselt zijn imposante e-book met een paar filosofisch-politiek getinte gedachten waarin hij de sprong maakt naar de nabije toekomst. Hij beperkt zich hierdoor dus niet alleen tot een enumeratie van historische feiten en fascinerende vertellingen, maar opent een aantal zeer interessante vensters naar de toekomst. Gelet op de lancering van een aantal innovatieve gadgets deze maand (de i-pad, de n-pad en wie weet wat nog meer) een goede gelegenheid om het e-book op die wijze tot u te nemen. Van een heel andere orde, maar evenzeer een standaard werk wat u gelezen moét hebben, is het stuk van Judocus Borm, één van de weinige niveau-2 stralingsdeskundigen uit ons vakgebied die ons land telt, inzake de acute afhandeling van stralingsongevallen in ziekenhuizen. Hij bepleit een generieke aanpak die u binnen de rampenbestrijdingsplannen van uw ziekenhuis bijna één op één een plek kunt geven. Collega Borm verdient hulde aangezien hij dit stuk zonder auteursrechten ons allen ter beschikking stelt. Op de scheidslijn van de ARBO- en milieudienst en de Chemische Biologische Radiologische en Nucleaire security (CBRN-security) ligt hier werkelijk een prachtig uitgewerkt panklaar plan. Indien wij de suggesties van collega Borm ter harte nemen en zijn adviezen implementeren, zijn wij maximaal voorbereid op ernstige calamiteiten. De realiteit van de afgelopen jaren doet ons helaas beseffen dat wij onze ogen niet kunnen sluiten voor onverwachte hinderlijke interventies, maar dat wij op de juiste wijze voorbereid moeten zijn. Dat mag de samenleving van ons verwachten. Het thema veiligheid heeft op het ogenblik veel landelijke aandacht. Eén van de tien thema’s uit het veiligheidsmanagementsysteem (VMS) programma, te weten “Voorkomen van nierinsufficiëntie bij intravasculair gebruik van jodiumhoudende contrastmiddelen” wordt door Gonda Nienhuis-Brands en Wendy Schreurs heel praktisch uitgewerkt. Ongetwijfeld heeft eenieder van u, die in het bezit is van een hybride scanner (PET/CT dan wel SPECT/CT), hier al ruim aandacht aan geschonken, maar wellicht biedt dit stuk aanknopingspunten om uw protocollen verder aan te scherpen. Met deze en nog vele andere interessante bijdragen, hopen wij weer een betekenisvolle editie voor u samengesteld te hebben. Lioe-Fee de Geus-Oei, Hoofdredacteur

Maart 2010

OORSPRONKELIJK ARTIKEL Optimizing administered FDG dose for PET imaging Dr. J.A. van Dalen Yttrium-90-radioembolisatie ter behandeling van niet-reseceerbare levermaligniteiten: nieuw in Nederland! Dr. M.G.E.H. Lam Uitvoering van de schildwachtklierprocedure bij het mammacarcinoom in Nederland, een enquête Dr. G.M.M. Gommans Surgical treatment of a hyperparathyroid crisis; a case report Dr. R.J.J. Knol CBO-RICHTLIJN Landelijk CBO richtlijn ‘Pijn bij Kanker’: Gebruik van radionucliden bij pijnlijke skeletmetastasen Dr. J.M.H. de Klerk OPLEIDINGEN Opleiding en deskundigheidsgebied klinisch fysicus bij wet geregeld Ir. A.J. Arends PROEFSCHRIFT Improving radionuclide therapy in prostate cancer patients with metastatic bone pain Dr. M.G.E.H. Lam Preklinische studies aan holmium-166 poly(L-melkzuur) microsferen voor radioembolisatie van de leverslagader Dr. M. Vente Radiotracer imaging in PD; value of in vivo presynaptic dopaminergic measures in animal models and human disease Dr. S.A. Eshuis Radiopharmaceutical and clinical aspects of sentinel lymph node procedures in breast cancer patients Dr. G.M.M. Gommans Differentiated Thyroid Carcinoma Nuclear Medicine Studies Dr. R.B.T. Verkooijen Image derived input functions for cerebral PET studies Dr. J.E.M. Mourik ABSTRACTS Wetenschappelijke Vergadering van de nvng KLINISCHE TRIALS DIENST IN DE KIJKER Deventer Ziekenhuis CURSUSEVALUATIE MEDEDELINGEN UIT DE VERENIGINGEN CURSUS- EN CONGRESAGENDA   Van de Redactie Klifio’s……………..! Heel graag presenteren wij weer een rijk gevuld, maar vooral boeiend nummer met een veelheid aan interessante artikelen en andere bijdragen. Kon u vorige keer lezen over de modernisering van de opleiding nucleaire geneeskunde voor AIOS, nu presenteert Ir. A.J. Arends u de wettelijke kaders rond de opleiding van klifio’s. Met recht krijgt deze opleiding nu de status die deze verdient, het beroep is nu formeel ondergebracht in de wet BIG. Hiermee is officieel onderkend dat klinisch fysici een grote medische verantwoordelijkheid dragen doordat hun metingen en de kwaliteitsborging van apparatuur van invloed kunnen zijn op de eindresultaten van diagnostisch onderzoek. Omdat vervolgens dosimetrische berekeningen direct van invloed zijn op radionucliden therapieën valt een deel van hun handelingen aan te merken als geneeskundige handelingen. Het is dan ook meer dan terecht dat wordt onderkend dat zij onmisbaar zijn in de multidisciplinaire keten als medisch ondersteunend specialist in een ondersteunend medisch specialisme. Een mooi voorbeeld van de schoonheid van het vakgebied van de klinisch fysici treft u aan in het artikel van de hand van mede redactielid Dr. Jorn van Dalen. Hij beschrijft hierin zijn bevindingen van het gebruik van een door hem ontwikkelde innovatieve calculatie techniek ter bepaling van de meest optimale toe te dienen dosis ter bevordering van de beeldkwaliteit van PET scans van obese patiënten. Met een knipoog naar de complexiteit van de behandeling van obese patiënten lukt het de klinisch fysici wèl om door de bomen weer het bos te zien in patiënten met deze groeiende westerse welvaartsziekte. Overigens, over bomen en bos gesproken, ten behoeve van het reduceren van handmatige correcties in de nog steeds groeiende aanwas van ingezonden artikelen hebben wij speciale “Tijdschrift voor Nucleaire Geneeskunde-templates” voor Reference Manager, Endnote en Bookends op de NVNG website geplaatst. Hierbij is rekening gehouden met zowel Microsoft- als Mac-gebruikers. Wij bevelen het gebruik van deze templates zeer gaarne aan om het leven van u als auteur, maar ook het leven van ons als redactie, te veraangenamen! Lioe-Fee de Geus-Oei, Hoofdredacteur

December 2009

OORSPRONKELIJK ARTIKEL New developments in radiation oncology Prof. dr. J.A. Langendijk The use of FDG PET to target tumours by radiotherapy Prof. dr. D.K.M. De Ruysscher The role of pET in radiotherapy of head and neck cancers Drs. E.G.C. Troost  Hercules op het kruispunt Dr. W.V. Vogel PROEFSCHRIFT Op zoek naar de schildwachtklier Dr. I.M.C. van der Ploeg OPLEIDINGEN Modernisering van de opleiding nucleaire geneeskunde; komt er nog wat van? Prof. dr. B.L.F van Eck-Smit BIJZONDER CASUS Arteritis temporalis op PET-CT Dr. R.J. Bennink DIENST IN DE KIJKER Het Nederlands Kanker Instituut - Antoni van Leeuwenhoekziekenhuis (NKI-AVL), Amsterdam MEDELINGEN UIT DE VERENIGINGEN CURSUS- EN CONGRESAGENDA   Voorwoord E Pluribus Unum Er loopt een, hoewel op het eerste gezicht wat merkwaardige, parallel tussen het wapenschrift van de Verenigde Staten van Amerika (“e pluribus unum”), het land met het machtigste leger op de aarde, en de dagelijkse strijd tegen kanker door een legertje medisch specialisten en de patiënt. Laat ik deze vreemde parallel wat verder uitwerken. In de krijgskunde is in de laatste eeuw een ontwikkeling op gang gekomen waarbij het luchtwapen een steeds belangrijker rol is gaan spelen. In de 1e Wereldoorlog gooiden de piloten van de twee- en driedekkers met de hand een bom op de vijandelijke troepen, in de hoop die dan ook te raken. In de 2e Wereldoorlog had men geleerd van z’n missers: men gooide hele bommentapijten op het vijandelijk gebied in de hoop dat dan ook het doel wel zou zijn uitgeschakeld. Eenzelfde beeld doemt op uit de Vietnamoorlog. Maar daarna vindt er een kentering plaats in de ontwikkeling van het luchtwapen. Men wil de vijand uitschakelen, maar burgerslachtoffers, de zogenaamde ‘collateral damage’ wil men tot een minimum beperken. We hebben daarvan vanuit Irak en Afghanistan spectaculaire beelden gezien, gemaakt door de piloten van de gevechtsvliegtuigen. We zien nu lasergestuurde bommen die door een muur vliegen, en pas aan de binnenkant tot ontploffing komen. Ook in ons werk zijn wij dagelijks in oorlog. Een oorlog tegen kanker. Die strijd is een zware strijd. In de eerste plaats voor de patiënt (en zijn of haar verwanten). Maar het is ook een strijd voor de betrokken specialisten. De afgelopen decennia zien we dat de behandeling van patiënten met kanker door middel van radiotherapie een stormachtige ontwikkeling doormaakt. Vaak als onderdeel van een multidisciplinaire behandeling, maar steeds meer ook alleenstaand. Het oude adagium dat chirurgie de meeste kankerpatiënten geneest, gaat nog steeds op. Maar hoe lang nog? De ontwikkeling wordt gedreven door technische ontwikkelingen enerzijds, en anderzijds de wens om het middel niet erger te doen zijn dan de kwaal. Kortom, ook in deze oorlog bestaat de wens om effectiever de vijand uit te schakelen met een minimum aan ‘collateral damage’. Als ondersteunend specialisten krijgen we ook met deze ontwikkeling te maken. In dit nummer van het Tijdschrift voor Nucleaire Geneeskunde wordt er daarom dieper op ingegaan en wordt getracht een overzicht te geven van de actuele stand van zaken. Op die manier hopen we de rol van ondersteuners als radioloog en nucleair geneeskundige in de ‘war on cancer’ wat helderder te krijgen. Langendijk et al. schetsen de technische ontwikkelingen van de laatste jaren binnen de radiotherapie en welke ontwikkelingen nog voor de deur staan. In de eerste plaats moet hier gedacht worden aan protontherapie, bij uitstek een methode voor een betere ‘targeting’. Maar de schrijvers maken ook duidelijk dat, voor een verdere implementatie van die technieken, het van het grootste belang is om op de juiste wijze een tumor te kunnen afbeelden en te kunnen karakteriseren. De Ruysscher et al. hebben hun sporen verdiend met betrekking tot de toepassing van 18F-FDG PET bij de radiotherapeutische planning. In hun overzichtsartikel geven ze per tumortype de stand van zaken weer, telkens terugvoerend naar 2 basisvragen: 1. staat 18F-FDG PET een meer accurate begrenzing van de tumor toe, en 2. verbetert 18F-FDG PET de uitkomst voor de patiënt? Uit hun overzicht wordt duidelijk dat er weliswaar al veel bekend is geworden, maar dat met betrekking tot de kernvragen ook nog veel onderzoek nodig zal zijn. Een boodschap die spoort met die van de andere schrijvers. Troost en al. focusseren op het hoofdhalscarcinoom. Naast het 18F-FDG PET hebben zij ook oog voor alternatieve radiofarmaca om in te zetten voor de karakterisering van tumoren. In dit kader is met name de aanwezigheid, en dus het aantonen ervan, van hypoxie van belang. Immers, hypoxie leidt tot een grotere weerstand tegen straling en vermindert dus het effect van radiotherapie. Het aantonen van hypoxie in een tumor geeft in ieder geval de theoretische mogelijkheid om de hypoxische gebieden met een extra boost te bestralen. De toekomst zal moeten leren of dit ook werkelijkheid kan worden en of dit de gewenste effecten heeft. Vogel et al. kijken in hun bijdrage nog verder in de toekomst. Zij maken duidelijk dat om in de toekomst alle vragen van de radiotherapeut te kunnen beantwoorden CT, PET of PET-CT onvoldoende zullen zijn. Ook andere modaliteiten zullen een rol opeisen om ‘het plaatje compleet te maken’. Deze visie is in lijn met een ontwikkeling waarbij we zien dat diverse modaliteiten bijna simultaan, en tegenwoordig zelfs daadwerkelijk simultaan, worden ingezet om de anatomische grenzen van een tumor te lokaliseren, en tegelijkertijd metabole processen binnen de tumor te karakteriseren. Tijdens het World Molecular Imaging Congress in Montreal, dat in september j.l. werd gehouden, werden van deze ontwikkelingen meerdere voorbeelden getoond voor het proefdiermodel. Maar naar mijn stellige overtuiging vormen de ontwikkelingen daar het voorland van de ontwikkelingen die we op termijn in de kliniek kunnen verwachten. Aan het eind pleiten Vogel et al. voor een goede protocollering en validering, kortom voor standaardisering om te voorkomen dat de radiotherapeut verdwaalt in het wonderland van de (metabole) beeldvorming. Eenzelfde waarschuwing laten ook de andere schrijvers horen. Ik sluit me graag bij deze pleidooien aan. We moeten ons realiseren dat we aan het begin staan van een nieuwe ontwikkeling, maar wel een ontwikkeling die grote consequenties zal hebben voor ons vak. Ik denk dat we dus ook verder moeten kijken. We moeten ons realiseren dat een standaardisering zoals voorgesteld en de daaruit voortvloeiende nauwe samenwerking consequenties zal, ja consequenties mòet hebben voor de opleiding van nieuwe generaties nucleair geneeskundigen, radiologen en radiotherapeuten. Handhaven van de status quo is geen optie. Zelfs het nieuwe curriculum dat na 1 januari 2011 zal worden ingevoerd, dreigt dus snel te verouderen en aanpassing te behoeven van de competenties. Dat vraagt van onze beroepsgroep een ‘state of mind’ van continue verandering. Het enige dat niet verandert is de verandering zelf. Geen ‘je maintiendrai’, maar ‘e pluribus unum’. Samen staan we sterk in de strijd tegen kanker. Ook op dit gebied. Jan Pruim Afdeling Nucleaire Geneeskunde en Moleculaire Beeldvorming Universitair Medisch Centrum Groningen